De Munt : Norma
Vincenzo Bellini's Norma is een van de meest geliefde werken uit het belcanto-repertoire. De bekende aria 'Casta Diva' spreekt tot het hart en tot de verbeelding, maar achter deze partituur vol bloedmooie cantilenes schuilt ook een drama
Grandes dames zoals Maria Callas en Joan Sutherland noemden de Gallische hogepriesteres een van hun favoriete rollen aller tijden. Niet verwonderlijk, want Vincenzo Bellini’s hoogmis van het belcanto is een regelrecht pronkstuk voor elke sopraan, met de iconische repertoirearia ‘Casta Diva’ als onfeilbare tranentrekker.
Amper vierdendertig werd Vincenzo Bellini, maar in die korte tijd slaagde hij erin een blijvende indruk op de Westerse muziekgeschiedenis te maken. Zijn tien voltooide opera’s behoren ontegensprekelijk tot het summum van de negentiende-eeuwse, Italiaanse belcantotraditie vol lyrische aria’ s en zoetvloeiende melodieën. Met werken als La sonnambula, I puritani en uiteraard ook Norma eiste Bellini met recht en reden zijn plaats op naast die andere Italiaanse operaromantici : Donizetti en Rossini.
Toen Norma in 1831 in La Scala in Milaan in première ging, componeerde Bellini al opera’s op kruissnelheid. De eerste uitvoering van zijn tweeakter La sonnambula had nauwelijks enkele maanden eerder in dezelfde stad plaatsgevonden. Niet verwonderlijk dus dat de artistieke équipes voor deze twee wereldcreaties er voor een deel identiek uitzien. De hoofdrol in beide opera’s was weggelegd voor de Italiaanse stersopraan Giuditta Pasta – voor wie ook Donizetti de hoofdrol in Anna Bolena schreef. Het libretto is van de hand van Felice Romani, een van de belangrijkste Italiaanse auteurs uit de vroege negentiende eeuw. Componist en librettist werkten al samen sinds Il Pirata, Bellini’s derde opera uit 1827. Maar ook Donizetti werkte meerdere keren met hem samen, onder andere voor… Anna Bolena.
Ondanks de samenwerking met zijn getrouwen, leek Norma even gedoemd om in de vergetelheid te verdwijnen. Bellini noemde de première een “fiasco, een regelrecht fiasco. […] Het publiek was bijzonder streng en leek me te verketteren. Alsof ze mijn opera hetzelfde lot toewensten als de druïde op de planken.” Naar alle waarschijnlijkheid was het publiek, na zijn eerdere happy end-opera’s, vooral gefrappeerd door het dramatische slot. Vanaf de tweede voorstelling waren de cultuurminnende Milanezen geacclimatiseerd, en het werk kwam dat seizoen alleen al 34 keer op de planken in La Scala.
Net als bij zijn overige opera’s, toont Bellini zijn compositorische kunnen in Norma vooral in de lyrische melodielijnen. Giuseppe Verdi zegt in een brief aan musicoloog Camille Belaigue vol lof dat er “zelfs in Bellini’s minder bekende opera’s lange, lange, lange melodische lijnen zitten […] niemand heeft er ooit zo’n schitterende en hemelse geschreven.” Maar ook los van de zuiver melodieuze praal, slaagt Bellini met deze opera in een bijzonder vooruitstrevende verweving van welluidendheid, poëzie en theatraliteit, waar Verdi een halve eeuw later zelf ook in zou uitblinken. De uitdrukkelijke dramatiek en de veelgelaagde emoties – van pathetische liefdesscènes tot razende doodsverachting – van het 24 hoofdpersonage, maken de rol van Norma tot een van de meest complete en uitdagende in het repertoire. De Duitse sopraan Lilli Lehman liet zich ooit ontvallen dat “de drie Brünhilde-rollen in Wagners Der Ring des Nibelungen op één avond zingen, minder stresserend zou zijn dan één Normavertolking”.
Wanneer :
9, 11, 13, 16, 18 & 23 december – 19.30u
21 & 28 december – 15.00u
31 december – 18.00u
Waar : De Munt – Brussel
Info & tickets : www.demunt.be